Weet je wat duurzaam is? Onderhoud!
Sommige dingen liggen zo voor de hand, dat je ze niet meer ziet. Vier woningcorporaties lieten een onderzoek doen naar de milieu-impact van al hun vastgoed. Alles ging op één hoop: nieuwbouw, renovatie en onderhoud. De uitkomst was dat circa 60% van de materiaalstroom uit beton bestond, maar dat dit ‘slechts’ voor 23% aan de milieu-impact bijdroeg. Opvallend was dat de ingaande stroom van staal 2% groot was en een milieu-impact van 27% had. Bij alleen onderhoud zijn het vooral glas en metalen die de grootste impact hebben. Leuk renovatie-weetje: de ingaande stroom koper is heel klein, maar zorgt in dit onderzoek voor bijna de helft van de milieu-impact bij renovatie. Het koper wordt gebruikt in .. zonnepanelen.
Verleng de levensduur
Genoeg informatie dus om op een andere manier naar de materiaalstromen te kijken. De uitsmijter zat echter aan het einde van de analyse. Daar werd geconstateerd dat de meeste winst in het eenvoudigweg verlengen van de levensduur van de woningen zit. Daarmee wordt bedoeld dat onderdelen minder snel vervangen en meer onderhouden zouden moeten worden [ … ]. Laat dit even indalen, want sommige dingen liggen zo voor de hand, dat je ze niet meer ziet: ‘Natuurlijk: repareren is beter voor het milieu dan iets nieuws kopen’.
Dat verlengen van de levensduur kan in de infrastructuur ook een rol spelen. Een deel van onze onderhoudsmaatregelen wordt genomen, om kapitaalvernietiging tegen te gaan. Dat werkt als volgt. Er is een schade geconstateerd. Door onderhoud te plegen wordt de schade hersteld. Maar als het onderhoud niet wordt uitgevoerd, neemt de schade toe. Uiteindelijk vindt het onderhoud toch plaats, maar is er een zwaardere maatregel nodig. Dan ben je duurder uit en is er sprake van kapitaalvernietiging. Dus is het vanuit geldoogpunt gezien, nodig om eerder onderhoud te plegen.
Een beetje vreemde term
Als we iets verder inzoomen zien we klein onderhoud en groot onderhoud. Allemaal bedoeld om het object zo lang mogelijk te laten functioneren. Dat is de essentie van onderhoud. Daarnaast kennen we ook zoiets als levensduurverlengend onderhoud. Dat is een beetje vreemde term, omdat elke vorm van onderhoud de levensduur verlengt. In eerste instantie bedoelen we met verlengend onderhoud, het onderhoud dat je uitvoert om het grote onderhoud nog twee, drie jaar uit te stellen, zodat het beter in de planning past. Het is dus een manier om die kapitaalvernietiging tegen te gaan.
Als je daarop voortborduurt, is het dan mogelijk om het verlengende onderhoud vaker uit te voeren? Ja. Totdat de beheerder zegt: ‘We gaan daarmee stoppen, want al die tussenmaatregelen kosten bij elkaar meer geld dan fatsoenlijk groot onderhoud’. Of, ‘Dat kunnen we wel telkens weer doen, maar dat leidt tot extra overlast voor omwonenden/gebruikers’. De eerste opmerking is een geld-afweging (profit), de tweede is een mens-afweging (people) en de derde afweging wordt niet gemaakt (planet). Als je duurzaam bezig wilt zijn, dan zorg je voor die balans tussen people, planet en profit. Dan kijk je dus ook naar de milieu-impact van de onderhoudsmaatregelen. Als je milieu als afwegingscriterium meeneemt in je maatregelkeuze, ga je dan een andere keuze maken? En als je dan naar de levenskosten kijkt, hoeveel kost het dan meer? Of minder? Allemaal zaken die nog te weinig uitgezocht worden.
We willen toch altijd beter?
Als assetmanagers van infrastructuur krijgen we de terechte opdracht mee om bij te dragen aan duurzaamheid. Dat doen we door minder milieubelastende materialen te gebruiken en vrijkomende materialen her te gebruiken. Maar we vergeten om het onderhoud zelf in de picture te zetten. Tijdig onderhoud, goed onderhoud en dus ook levensduurverlengend onderhoud dragen allemaal bij aan het verkleinen van de milieu-impact ten opzichte van onze huidige werkwijze.
Ooit zei een gemeentedirecteur: ‘Iedere gemeente wil toch dat haar openbare ruimte beter en mooier wordt. Dat is toch geen vraag meer?’ Goed beschouwd is het wel een vraag, want beter en mooier betekent ook meer milieubelasting. Beter en mooier is profit-gericht (we willen een aantrekkelijke gemeente zijn). Iets minder mooi, met misschien wat meer overlast, kan zomaar beter voor het milieu zijn (planet).