Hoeveel is het je waard?
Het voorsorteren op een nieuwe bezuinigingsperiode is begonnen. Gemeenten voelen de lasten uit het sociale domein en van het Coronavirus in de gemeentebegroting. Daar krijgt het beheer van de openbare ruimte ook een tik van mee. Bij uitstek de gelegenheid om de pijler van assetmanagement ‘balans prestaties, kosten, risico’s’ in praktijk te brengen.
Werkzaamheden Waalbrug
De gemeente Nijmegen was in het nieuws over de aanpak van de Waalbrug. Op voorhand gezegd: het nieuwsbericht was aan de summiere kant. Er zal vast een breder verhaal achter zitten, maar vooralsnog kwam dit bericht naar buiten:
In 2019 is gestart met de werkzaamheden aan de Waalbrug. Daarbij werden giftige verflagen ontdekt in de boogconstructies van de brug. Het werk werd vervolgens in tweeën gesplitst: Eerst de aanpak van het wegdek en daarna de boogconstructie. Inmiddels is duidelijk geworden dat het verwijderen en aanbrengen van een nieuwe verflaag 25 miljoen euro extra gaat kosten. Daarmee worden de totale renovatiekosten geraamd op 60 miljoen euro. De minister trapt nu op de rem. Zij (of haar adviseur) verwacht dat de verf op de boogconstructie nog best tien jaar meekan. Vervolgens wil ze de kans nemen dat er in de aankomende tien jaar technieken worden ontwikkeld waarmee chroom-6 goedkoper is te verwijderen. Dat klinkt als een aannemelijke afweging.
Maar dan de gemeente Nijmegen. Het stadsbestuur wil niet tien jaar wachten. De gemeente heeft al veel geld aan beide zijden van de Waal geïnvesteerd en daar past een lelijke Waalbrug niet bij. Dat is niet goed voor de centrale rol die de brug in de stad heeft. Met deze uitspraak maakt de gemeente duidelijk dat zij veel waarde hecht aan het uiterlijk van de brug. De gemeente ziet de brug graag als visitekaartje van de stad. De prestatie is in deze ‘het visitekaartje’, de kosten zijn +25 miljoen euro, maar wat zijn de risico’s? Wordt de stad minder aantrekkelijk, komen er minder mensen in de stad wonen, neemt de werkgelegenheid af, neemt de welvaart af, neemt de gezondheid af? Stel dat de gemeente de brug in eigendom had, met bijbehorend beheerbudget en het gemeentebestuur zou zelf een afweging moeten maken: 25 miljoen euro voor een visitekaartje, of toch liever het sociaal domein, of de gevolgen van de Coronacrisis verlichten? Wat zou ze dan kiezen?
Hoge kwaliteit openbare ruimte
Ander voorbeeld. Maxime Verhagen, voorzitter van Bouwend Nederland, wil extra geld hebben om de kwaliteit van de infrastructuur en openbare ruimte op peil te houden. Ook hij voorziet dat door corona gemeenten in financiële problemen komen. Dit is trouwens een mooi voorbeeld van een principaal – agent probleem. De journalist pikt dit ook op en stelt dat deze klacht een grijsgedraaide plaat is. Al jaren roepen bouwers dat er teveel bezuinigd wordt op onderhoud. Maxime legt uit dat je uitstel van onderhoud in de eerste paar jaren niet ervaart, maar dat de kwaliteit van de infrastructuur al veel minder is. Jaarlijks vallen er honderden, misschien wel duizenden slachtoffers door slecht onderhouden fietspaden. In zijn gemeente Oegstgeest zijn de bruggen zo slecht dat er al een jaar geen vrachtverkeer overheen mag. Waarop hij de vervolgvraag krijgt: Is dit geen bangmakerij? “Wij zijn hier geen België en dat wil ik graag zo houden.”
Laten we eens even naar zijn antwoorden kijken. In 2019 waren er 46.800 zware letsels als gevolg van fietsongevallen. De precieze verdeling naar de oorzaken zijn (nog) niet bekend. Er wordt verwezen naar onderzoek uit 2016 waarin 34% van de ongevallen het gevolg zijn van de infrastructuur met daarin een belangrijk aandeel voor botsingen met paaltjes op het fietspad, gladde fietspaden en in de berm terecht komen. In minder gevallen gaat het om scheef liggende elementen, wortelopdruk en te brede voegen. Dus ja, er zijn veel ongevallen per jaar, maar een beperkt deel komt door achterstallig onderhoud. Inrichting en gladheidsbestrijding spelen ook een belangrijke rol.
Prima afweging
Stelling twee: De bruggen in Oegstgeest zijn dicht voor zwaar verkeer. Bij navraag blijkt het hier om één brug te gaan en dat is de Duikerbrug in de Dorpstraat. Het zware verkeer zorgt voor teveel trillingen, waardoor de draagkracht in het geding is. Saillant detail: de bewoners van de straat zijn heel blij met deze afsluiting, omdat zij veel last hebben van hardrijdend autoverkeer in de smalle straat. En de wethouder ziet kansen om de brug permanent af te sluiten voor vrachtverkeer. De draagkracht is namelijk wel voldoende voor licht verkeer en met een afsluiting is vervanging op korte termijn niet nodig. Een prima afweging prestaties, kosten en risico’s waarbij ook gekeken is naar de verkeerskundige gevolgen.
Hoeveel is het je waard?
En dan “We zijn geen België”*. Dat geeft aan hoe hoog we de lat leggen als het gaat om de kwaliteit van de openbare ruimte in Nederland. De vraag is hoeveel meerwaarde dat oplevert. Wat is de relatie tussen de kwaliteit van de weg en de welvaart in ons land? En dan hebben we het niet over de weg aan gort rijden, maar over of we een weg als een biljartlaken willen of als een postzegelalbum? Moet het onkruid overal verwijderd zijn, of kan het zonder constructieve schade langer in de voegen blijven staan?
Vraag aan jezelf en aan een gemiddelde burger: “Zou je extra belasting willen betalen, zodat de openbare ruimte er overal tip top uitziet? Hoeveel extra belastinggeld is het je waard om de beste infrastructuur in Europa te hebben? (Het antwoord kan heel goed zijn dat we een hoge kwaliteit belangrijk vinden. Laten we dan ook de belasting verhogen.)
*Excuus aan onze Belgische lezers. Dit is een gevleugelde uitdrukking uit de tijd dat we de betonplaten opreden bij de grensovergang.Wil je meer weten over de andere HNAM blogs? Lees deze hier.