Assetmanagement Archetypen
Het lijkt wel de maand te zijn van de transitievraagstukken in de openbare ruimte. Dat komt door de vele webinars en andere digitale bijeenkomsten waarin de transitievraagstukken een hoofdrol vervullen. En dat is goed nieuws; het onderwerp begint steeds meer te leven. Het geeft ook de gelegenheid om te ontdekken dat in alle discussies er een onderliggende vraag is te bespeuren: Hoe zetten we onszelf en anderen in beweging om daadwerkelijk iets te gaan doen? Dat blijkt nog best lastig, blijkt uit alle gesprekken. Daarom in dit artikel een niet-onderbouwd overzicht van assetmanagement archetypen om de verschillende werkwijzen van mensen eens uit te vergroten. Welke past het best bij jou en welke bij je collega’s? Elke archetype draagt op zijn of haar eigen manier bij aan de beweging. Maak er op een slimme manier gebruik van.
Roepers: Dit zijn de mensen die letterlijk op het podium staan en beweging proberen te maken door de techneuten op te roepen om met nieuwe ideeën komen: ‘Kom mensen, ga aan de slag! Ga experimenteren, ga leren, deel je ervaringen in het heel het land en laat de succesverhalen naar boven komen’. Nu zijn de meeste podiummensen ook hoog-in-de-boom-mensen, dus dat is goed. We hebben de zegen van boven. Aandachtspunt: lang niet alle techneuten horen de roepers, want ze zijn te druk met hun dagelijkse werkzaamheden. Ook hebben techneuten behoefte aan wat hulpmiddelen zoals denktijd, experimenteertijd en de mogelijkheid om als organisatie voor een deel risicodragend te zijn zodat het voor aannemers aantrekkelijk wordt om mee te doen.
Wijzers: Zij proberen te laten zien dat er al heel veel gebeurt op het gebied van de transitievraagstukken. Maar het is net of de denkers net wakker zijn geschud en overal met luide stem verkondigen dat er nog niets gebeurt en dat dat echt heel hard nodig is, zonder na te gaan wat er allemaal al in gang is gezet. Al die verhalen over werk-met-werk maken en multifunctionele oplossingen; het lijkt net of die denkers ze iets nieuws hebben bedacht. Maar beste denkers: DAT DOEN WE ALLANG! Laten we samen een volgende stap zetten.
Slimme Jaap zegt: ‘Ik ben gekke Henkie niet. Ik kijk wel linker uit met mijn rechteroog. De techniek zoals wij die jaren gebruiken, doet het goed, daar hebben we ervaring mee, dan houden we lekker zo. Als we nieuwe dingen moeten gaan proberen, dan gaat me dat alleen maar extra tijd kosten om alle problemen die we onderweg tegenkomen op te lossen. Ik wacht wel af tot een nieuwe techniek zich bewezen heeft’. Deze ervaren en efficiënte mensen zijn keihard nodig om de bestaande openbare ruimte en infrastructuur te laten functioneren. Transitieopgaven zijn namelijk opgaven waarin oude en nieuwe technieken zich met elkaar gaan mengen. Laat Slimme Jaap het bestaande in stand houden en Gekke Henkie iets nieuws proberen.
Stille krachten: Die zijn elke dag bezig met experimenteren, leren en kennis delen. Het zijn de doeners die onder radar van alles uitproberen. Ze gaan slim met hun potjes geld om, hebben goede contacten met innovatieve aannemers en producenten, weten hoe ze een deal moeten sluiten, hebben plezier als iets lukt en weten hoe ze een bestuurder kunnen laten shinen via hun succes. Intussen zijn ze al begonnen met hun volgende project.
Remmers : Zij zetten een voertuig stil amper voordat het in beweging is gekomen. Dit zijn niet de visionairs, niet de beleidsmensen, niet de techneuten, maar … de schatkistbewaarders. Echt gebeurd: beleidsmensen binnen een kleine gemeente maken een eerste afspraak om samen het onderwerp klimaatverandering te agenderen. Een alerte financieel adviseur wurmt zich er meteen tussen door zichzelf uit te nodigen en te melden dat er geen geld beschikbaar is voor nieuwe activiteiten. Vanuit financieel oogpunt is dit heel begrijpelijk, maar beste remmer: hebben we het hier over nice to have-activiteiten of must have-activiteiten? Eerst luisteren en dan meedenken in mogelijkheden graag.
Hardlijners: Dat zijn de assetmanagers die stevig grip hebben op de line of sight. Alle doelen zijn uitgewerkt in prestatie-eisen en conditie-eisen. Alle processen liggen vast. ‘Dit is hoe we werken en over een jaar gaan we evalueren in het kader van plan-do-check-act. Vandaaruit gaan we kijken of we moeten bijsturen, hoe we dat gaan doen, wanneer en hoe. Daar maken we dan een plan van, stellen een projectleider aan en het jaar daarop kijken we of het plan heeft uitgepakt zoals we hebben bedacht. O ja, en ons onderhoudsprogramma ligt voor de aankomende vier jaar al vast, dus als je iets anders wilt dan ben je over vijf jaar als eerste aan de beurt’. Tijd om de processen flexibeler te maken.
Uitbesteders: Zij stimuleren innovaties door speciale contracten op de markt te zetten. Contracten waarin de opdrachtnemer een belangrijke rol vervult in het bedenken van nieuwe technieken en oplossen. De opdrachtgever weet hoe hij via de voorwaarden in het contract de opdrachtnemer kan sturen op meedenken en ontwikkelen. Hij beseft goed dat het contract en de daarbij behorende betalingsverplichting heel sturend zijn en maakt hier optimaal gebruik van.
Verbinders; Zij begrijpen dat voor de transitieopgaven partijen moeten samenwerken en dat het vaak vastloopt op losse budgetten en de vraag ‘Wat krijg ik voor mijn geld?’. Verbinders krijgen partijen zover dat iedereen geld inlegt, zonder dat van te voren precies duidelijk is waar het voor gebruikt gaat worden. Alleen vanuit zo’n gezamenlijke pot is het mogelijk om kracht te maken en meer dan leveren, dan wanneer elke partij zijn eigen ding zou doen.